We zaten hier onder een enorme ficus-boom te ontbijten, een boom die wij hier kennen als kamerplant met de naam “ficus benjamin”.
Altijd als er wat te eten viel waren er katten om ons heen, sommige waren best brutaal:
En anderen wachten netjes op hun beurt:
Het grappig was dat alle zwart-wit gekleurde katten de naam “TicTac” hadden en alle roodachtigen heetten “Conello”. Maar ik denk niet dat ze echt naar hun namen luisterden 😉
Dit hotel was ingericht als een klein dorpje, met leuke hoekjes en paden. Prachtige bloemen die nog volop bloeiden.
Na twee overnachtingen hier trokken wij weer verder naar het volgende hotel. Onderweg was er weer van alles te zien, zoals deze enorme cactussen die gewoon langs de kant van de weg stonden:
En toen kwam de Libische zee in zicht, in het zuiden van Kreta:
Eenmaal geland op het vliegveld van Heraklion was het even wachten op onze koffers en daarna hebben we onze huurauto opgehaald. Dat was aan de overkant van de straat, dus we konden vrij snel verder naar ons eerste hotel. Het hotel was eigenlijk een klein dorpje op zich, heel erg leuk gemaakt. Wel veel trapjes op en af, maar goed te doen. Vanaf ons balkon hadden we de volgende morgen (tien voor zes) dit uitzicht:
We zijn de tweede dag naar Knossos gegaan, de vroegere hoofdstad van Kreta, waar veel opgravingen gedaan zijn uit de tijd van koning Minos. De opgraver, dhr. Evans, heeft er wel erg zijn eigen fantasie op los gelaten. Je kunt duidelijk zien dat een aantal dingen echt niet uit de oudheid stammen maar dat ze nagemaakt zijn. Om dat wij uit “Ollando” kwamen kregen we flink korting van de man die de kaartjes verkocht… blijkbaar mocht hij Fransen en Duitsers niet zo graag…
Er wordt nog steeds gewerkt in Knossos, oude muren worden blootgelegd.
Het mooiste in Knossos vond ik de rode pilaren. Ik weet niet of dat origineel is, maar het is een prachtige kleur.
Op deze foto zie je het verschil in de stenen heel duidelijk. De onderste laag is origineel en aan de bovenkant zie je duidelijk dat het opnieuw is opgebouwd.
Het Grieks is niet eenvoudig te lezen! Oooo… het staat er ook in het Engels gelukkig 😉
Bij de uitgang stond dit sinaasappelboompje, je zou ze er zo van af plukken!
Op weg naar de auto zagen we deze man zitten onder zijn vijgenbomen. Hij verkocht verse vijgen. Uit medelijden kocht ik een kilo van hem, van het geld begreep hij niks, dat telden we uit in zijn hand. Ik vroeg of ik een foto van hem mocht maken en daar ging hij even mooi voor zitten 😉 Ik had nooit eerder verse vijgen gekocht dus wist niet hoe en of ik ze dan zo kon eten. We deden ze in de kofferbak (plastic zak zat er om) en vervolgens hebben we ze een aantal dagen vergeten… Toen ik een keer weer bij de kofferbak kwam was het een en al prut. Dus hebben we ze maar weggegooid. Toch ga ik nog eens weer vijgen kopen, alhoewel ze dan hier niet zo vers zullen zijn dan die we daar kochten. Wij hebben veel armoede gezien op Kreta, deze man zag er ook erg sjofel uit. In de bergdorpjes was het helemaal erg, men wilde onze auto graag tot staan brengen zodat we maar iets zouden kopen van hen. Wat ze dan op hun tafeltje hadden staan was vaak alleen het zelfgebrouwen drankje “raki” (niet te drinken 😉 ). Over de mensen in de bergdorpjes later meer.
We zijn terug van 8 dagen Kreta. Voor het eerst gevlogen en wel vanaf Eelde. Voor ons een half uurtje rijden, dus lekker dichtbij en veel gemakkelijker dan via Schiphol. Nadeel van Eelde is de korte start- en landingsbaan zei men. Maar wij kennen het verschil niet, dus waarschijnlijk hebben we wat dit betreft het ergste meegemaakt ;-). Ik heb behoorlijk hoogtevrees, durf eigenlijk altijd wel overal op, alleen gaat dat niet goed: ik word duizelig, misselijk en het zweet breekt me uit. Ook mijn ega heeft er last van, maar dan meer van knikkende knieën… Maar… men zei dat je er in een vliegtuig geen last van hebt. “Wie niet waagt wie niet wint”, dus wij trokken de stoute schoenen aan en gingen met het vliegtuig op vakantie. Ik had Kreta uitgezocht omdat ik daar ooit prachtige foto’s van gezien had: blauwe zee en witte huisjes, ook het klimaat sprak mij aan. Want, door de artrose voel ik mij het best in een warme omgeving. We waren goed voorzien van oordopjes tegen de luchtdrukverschillen, die dopjes hebben goed geholpen.
Het opstarten vanaf Eelde ging inderdaad vrij snel, schuin omhoog. En wel zo snel, dat ik van schrik niet meer naar buiten durfde kijken want de wereld draaide onder mij door. Een licht gevoel van paniek overviel mij wat ik weer snel onder controle kreeg. Met een schuin oog gluurde ik naar mijn ega en die keek ook knap benauwd. Het duurde gelukkig maar even en toen durfde ik al voorzichtig weer naar buiten te kijken.Wauw!! Wat ziet de wereld er hier boven mooi uit… de echte hemel kon ik niet zien 😉 maar het was een heel speciaal gevoel…
Boven ons kikkerlandje was het behoorlijk bewolkt, maar af en toe zat er een gat in de bewolking en zagen we live een soort “Google maps” onder ons.
Onze plek in het vliegtuig was pal achter een vleugel. Volgens ingewijden niet de meest gunstige plek omdat je dan elke beweging die het vliegtuig maakt, ook ziet gebeuren. Nou inderdaad, als je daar op let is het soms best even slikken. Maar het went wel en soms leverde het ook wel mooie plaatjes op :
Onze eerst landing was al na een half uur, want we gingen via Maastricht. Daar stapten vakantiegangers uit en kwamen er nieuwe vakantiegangers weer bij. Al met al een oponthoud van bijna een uur.
Vanuit Maastricht zit je natuurlijk direct boven Duitsland, het gaat best snel met een vliegtuig en je hebt al gauw geen idee waar je bent.
Maar bij deze foto denk ik dat we daar de Bodensee zien: