Bij het baasje op de tractor…
Een blik door een “sleutelgat” in een oude stadsmuur…
Op naar de top….
Hier in Nederland zag ik dit jaar veel witjes en ik hoopte in Frankrijk wat meer andere soorten te zien. Maar ook daar vlogen in hoofdzaak witjes. Toch zag ik een paar andere vlinders. Het waren er slechts drie, maar twee van de drie vlinders die ik in Frankrijk zag had ik nog nooit eerder gezien. Dus die zijn een mooie aanvulling op mijn “vlinderalbum“. De eerste was een “Staartblauwtje” (Cupido arcades). Ik wist dit eerst niet, maar na wat speurwerk kwam ik daar achter. Toen bleek dat dit vlindertje in diezelfde periode in Maastricht een paar keer gezien was, wat een bijzonderheid was want het vlindertje was al 80 jaar uit Nederland verdwenen! (Zie:http://www.natuurbericht.nl/?id=6572). Erg leuk dat ik ‘m in Frankrijk per ongeluk tegen kwam:
Het volgende vlindertje was een Citroenvlinder (Gonepteryx rhamni), dit is een algemene standvlinder die verspreid over heel Europa voor komt:
Tot slot nog een soort die hoort tot de overdag vliegende nachtvlinders, de “Spaanse vlag” (Euplagia quadripunctaria):
De Spaanse vlag valt onder de “Habitatregeling”:een richtlijn van de Europese Unie waarin aangegeven wordt welke soorten en welke typen natuurgebieden (als leefgebieden voor soorten, habitats) beschermd moeten worden door de lidstaten. Toch ook een leuke waarneming!
We zagen in onze vakantie veel “vakwerk”, de muren van de betreffende panden zijn gebouwd met behulp van houten vakken.
Op internet staat te lezen:
Vakwerk is een historische bouwwijze om wanden te maken. Vakwerk bestaat gewoonlijk uit een stijl- en regelwerk van hout met een invulling. De stijlen van een vakwerkconstuctie maken vaak ook deel uit van de gebintconstructie. De invulling bestond oorspronkelijk uit vlechtwerk van wilgentenen, eik, vuilboom of hazelnoot dat werd bestreken met een mengsel van stro en leem. Het vlechtwerk bestond uit verticale houten staken die in gaten en sleuven in de regels werden bevestigd. Hiertussen werden vervolgens twijgen gevlochten. Later werd als invulling ook baksteen gebruikt. De techniek wordt voor nieuwbouw nauwelijks meer toegepast. Wat er van deze vakwerkbouw nog over is, bestaat voornamelijk uit historische gebouwen. In Nederland is het postkantoor in De Steeg een treffend voorbeeld.
Dit pand zagen we ook, apart detail vind ik hier dat het aan de onderkant smaller is dan aan de bovenkant. Je zou het voor de stevigheid andersom verwachten:
Veel luiken, maar vooral veel kleur! Veel gezelliger dan hier, vind ik.