We waren veel onderweg, op de fiets en met de auto. Zo zagen we diverse vogelsoorten, waaronder: een torenvalk met een prooi. Hij keerde ons de rug toe, dat was jammer, maar we zagen af en toe flinke plukken veren en bot uit z’n bek steken.
Een wulp liet zich mooi van dichtbij zien:
Een kemphaan:
Krombekstrandlopers:
Grutto’s:
Bosruiter:
Op een avond zagen we een koppel jonge fazanten:
De laatste dag nog even weer langs en op het strand geweest:
Op de terugweg zijn we in Heerenveen van de snelweg afgegaan om de daar gemelde woudapen te bekijken. Woudapen zijn kleine moerasvogels die leven van visjes, amfibieën en insecten. Ze broeden in dichte rietkragen en ruigtes met wilgen en biezen, en zijn daarin moeilijk waar te nemen. Woudapen leiden een zeer verborgen leven. Een ontmoeting met een woudaap is een zeldzame aangelegenheid. In vlucht is met name een mannetje woudaap opvallend: ee zwarte rug en vleugels met blonde lichtgele dekveren zijn zeer karakteristiek en verwarring met een andere soort dan ook vrijwel uitgesloten. Het zijn kleine reigers die erg verborgen leven. (bron: vogelbescherming). Na een poos wachten zagen we een mannetje uit het riet vliegen:
en even later een vrouwtje door het riet klauteren:
Dat was even een mooie waarneming zo op de terugweg! Een nieuwe soort voor de lijst. Leuk!